Select Page

Tussen de afwerkingslaag en de dragende vloer bevindt zich de zogenaamde afwerkvloer, in België vaak chape genoemd. Deze uitvullingslaag zorgt voor een waterpas geplaatst vloeroppervlak, stabiliseert mogelijke spanningen in de ondergrond, laat toe om leidingen weg te werken en werkt vaak nog isolerend ook. De grootste verschillen tussen dekvloeren bevinden zich in de plaatsingswijze:

  • hechtend : hierbij wordt er een directe verbinding gemaakt met de ondervloer (die veelal in beton uitgevoerd is)
  • niet-hechtend : wanneer er een kunststof folie tussen de dekvloer en de fundering gelegd wordt
  • zwevend : bij deze plaatsingswijze wordt een schuimlaag of isolatieplaten geplaatst tussen de dekvloer en de onderliggende structuur

Hechtende plaatsing

Als de ondergrond voldoende stabiel, cohesief & blijvend droog is, kan chape hechtend geplaatst worden. Eén voordeel hiervan kan onder meer de eenvoudige, traditionele uitvoering zijn. De plaatsing zonder wapeningsnetten over de volledige lengte, maakt het zelfs voor de doorsnee doe-het-zelver doenbaar. De directe plaatsing, die voor een renovatie vaak het dichtst in de buurt van de originele situatie komt, heeft wel z’n beperkingen. Rondom hindernissen in de chape moeten lokaal toch plaatselijke wapeningsnetten aangebracht worden.

Niet hechtende plaatsing

Een hechtende afwerkvloer is volledig ontkoppeld van de ondergrond door een plastic folie die tussen de dekvloer en de ondergrond geplaatst worden. Bijvoorbeeld wanneer actieve scheuren of niet-cohesief materiaal zoals schuimbeton onvoldoende sterkte kunnen bieden, zorgt deze iets dikkere plaatsing er voor dat de dekvloer gescheiden blijft van de draagvloer. Ook opstijgend vocht of bouwvocht worden op deze manier gescheiden van de dekvloer.

Zwevende plaatsing

Bij een zwevende plaatsing wordt de dekvloer gestort op een isolatielaag. Op het gelijkvloers van nieuwbouw woningen wordt deze manier van plaatsen tegenwoordig het vaakst toegepast, de ene keer met gespoten isolatie, de andere keer met losse platen. En hoewel ook bij zwevende plaatsing de laagditke zo rond de 50 mm schommelt, wordt door eigenaars vaak nét die dikte van de isolatie vergeten. Die paar centimeters isolatiedikte, bepalen op het eind vaak nét het verschil tussen het wel of niet moeten plaatsen van nieuwe deuren.

Materiaal

Gelukkig kan een goede materiaalkeuze daar een mouw aan passen: qua materiaal en afwerking ben je al lang niet meer beperkt tot enkel cement gebaseerde chape. Die cement gebaseerde dekvloeren zijn namelijk enorm arbeidsintensief, wat ze voor heel grote ruimtes vaak vrij duur maakt. Een alternatief voor deze dekvloeren vindt een bouwheer dan vaak in anhydrietchape. De zogenaamde vloeivloeren zijn niet op cement gebaseerd, maar op gips (calciumsulfaat) & zijn grotendeels zelf nivellerend. Nadeel van de anhydriet chapes is dan weer wel de gevoeligheid aan vocht. Ze mogen dan wel een stuk sterker zijn naar druk toe dan cement gebaseerde chapes, maar gebruik ze zeker niet in vochtige ruimtes.

Ingebouwde isolatie

Is het dan weer de beperkte isolatie die een afwerkvloer met zich meebrengt of een maximum hoogte waarin gewerkt moet worden, dan brengt een isolatiechape een oplossing aan. Hierbij worden EPS of PUR korrels in de chape zelf ingebed. Deze matrix van chape rondom de korrels betekent wel dat de isolatiechapes qua lambda waarde een stuk lager liggen dan zwevende dekvloeren van gelijke dikte. Eigenlijk zijn deze materialen door hun hogere prijs bijna enkel interessant in combinatie met een ander isolatiemateriaal of wanneer het in een renovatie door een geringe inbouwhoogte echt niet anders kan.

Vloerverwarming

Vloerverwarming kan door het verwarmen op lage temperatuur zowel een bijzonder aangenaam binnenklimaat als verhoogde efficiëntie van de verwarming opleveren. Maar het levert natuurlijk ook extra spanning op op de dekvloer, zowel mechanisch als thermisch. Enerzijds doordat de leidingen lokaal de dikte van de chape verminderen, anderzijds doordat de verschillende vloerniveaus anders uitzetten bij het verwarmen, kunnen kleine scheurtjes ontstaan. Een iets dikkere chape dikte om de warmte homogeen te verdelen, uitzettingsvoegen bij zwevende of niet-hechtende plaatsing of in sommige gevallen een ontkoppelingsmat, kunnen soelaas bieden.

Samengevat

Een correct geplaatste afwerkvloer vloer zorgt voor een vlakke, isolerende ondergrond voor natte én droge ruimtes. Maar vanaf het ontwerp moet wel rekening gehouden worden met hindernissen en beperkingen, zowel in renovatie als nieuwbouw.

Bron: 123verbouwen.nl